Wat vliegt de tijd. Morgen ben ik precies een jaar geleden gestart met het programma ‘Nooit meer op dieet’ van Kim Munnecom. Dat het een goede beslissing is geweest, kun je wel zien, haha.
In deze blog deel ik mijn inzichten na een jaar deze nieuwe leefstijl te hebben toegepast. Ik vind het leuk als je (weer) meeleest.

Spannend moment

Ik kan het moment nog helder voor de geest halen. Vorig jaar was ik er opeens helemaal klaar mee, met hoe ik eruit zag bedoel ik. Ik zag foto’s van mezelf terug en dacht wat heb ik mezelf toch aangedaan. Ik weet het, ik heb er zelf voor gekozen en het zover laten komen, maar dat neemt niet weg dat ik gruwelijk ongelukkig met mijn lijf was.

Dus toen ik mezelf had aangemeld voor het programma van Kim was ik best gespannen om ermee aan de slag te gaan en aan de andere kant had ik er ook heel veel zin in. Nu zou ik eindelijk weer het heft in eigen hand nemen en een gezond eetgedrag gaan leren. Let’s go!

The inner work

Het meeste werk heb ik moeten doen in mezelf. Afvallen heeft namelijk weinig te maken met eten en alles met je gedachten. Daarvan ben ik inmiddels wel overtuigd. En ja, dat klinkt nu misschien erg gemakkelijk, maar toch is het zo. In ieder geval in mijn beleving. Ik ga het je ook uitleggen.

Jarenlang had ik mezelf namelijk een verhaal verteld. Het verhaal dat ik tevreden moest zijn met hoe ik eruit zag. Dat het me toch niet zou lukken om al die kilo’s eraf te krijgen en houden. Ik wist niet hoe ik het tij kon keren. Totdat ik aan de slag ging met het programma en de eerste weken puur gericht waren op het veranderen van je gedachten.

Geloof in jezelf en je eigen lichaam

Ik heb ervoor gekozen om een heel nieuw verhaal te ‘schrijven’ over mijn relatie tot voeding en gezondheid. Ik dacht altijd dat ik alleen maar gezonde dingen mocht eten en dat de rest (lees: ongezond eten zoals chips, chocola, fastfood en frisdrank) verboden terrein was. Niets is echter minder waar. Het gaat allemaal om hoe jij daarover denkt en wat je gelooft.

Als je gelooft en voelt dat je lichaam behoefte heeft aan een stukje chocola (let wel: geen hele reep van 200 gram, maar een blokje van 20 gram is ook voldoende), dan heb je dat nodig en mag je dat ook gerust eten zonder je daar schuldig over te voelen. En dat is waar de meeste mensen die willen afvallen de fout ingaan. Ze voelen zich slecht en waardeloos na het snoepen, slaan dan weer  door en eten vervolgens veel te veel.

Ontzettend blij met het resultaat

Toen ik eenmaal het zware gedachtenwerk had verricht en mezelf nieuwe gewoonten had aangeleerd, werd het opeens een stuk makkelijker om het vol te houden. Nee, dat wil niet zeggen dat ik nooit last krijg van snaaitrek of hunker naar ongezonde dingen. Dat zou immers betekenen dat ik van steen ben en dat is niet het geval. Ik heb af en toe best het verlangen om dingen te eten waarvan ik weet dat ze niet goed voor me zijn. Al is die gedachte ook niet goed, want in principe is alles wat ik eet ‘goed’.

Een jaar later weeg ik bijna 25 kilo minder en dat resultaat is natuurlijk helemaal fantastisch. Ik ben ook echt ontzettend trots op mezelf en blij met hoe ik er nu uitzie. Als ik nu in de spiegel kijk, zie ik weer mezelf en niet een opgeblazen versie van wie ik echt ben. Misschien klinkt dit een beetje vaag en snap je niet precies wat ik bedoel. Waarschijnlijk herken je het wel dat wanneer je in de spiegel kijkt, je er anders uitziet dan in je gedachten. Nou, daar had ik ook last van.

In balans

Ik was niet in balans. Mijn binnen- en buitenkant matchten niet met elkaar. Ik voelde me veel beter dan hoe ik er in de spiegel uitzag en dat was een rare gewaarwording. Zolang ik niet te vaak in de spiegel keek en geen nieuwe kleding kocht, viel het mee en kon ik het redelijk wegstoppen. Oftewel: ik stak mijn kop in het zand en deed alsof het er niet was. Dat hielp, een tijdje…

Nu heb ik het gevoel dat de binnen- en buitenkant wel in balans zijn. Dat hoe ik me voel aan de buitenkant wordt weerspiegeld. Een fijn gevoel, kan ik verklappen. Ik gun het iedereen.

Tevreden

Zoals dat wel vaker gaat met afvallen, vragen mensen me regelmatig of ik nu mijn streefgewicht bereikt heb en of ik tevreden ben? Ik antwoord dan meestal dat ik gewoon afwacht tot mijn lichaam het welletjes vindt en stopt met gewicht verliezen. Ik kan daarom ook geen antwoord geven op die vraag.

Ik ben wél heel erg tevreden met hoe ik er nu uitzie, al besef ik dat mijn lichaam nooit meer zo strak zal worden als toen ik twintig jaar jonger was. En dat is helemaal oké. Ik ben prima zoals ik nu ben en geniet van alles wat ik eet. Ik zal eerlijk bekennen dat ik bijna nauwelijks meer snoep en na een uur of zes ’s avonds ook niets meer eet (uitzonderingen daargelaten). Misschien denk je nu: pff, dat lijkt me vreselijk. Maar ik voel het niet zo. Ik heb ervoor gekozen om deze leefstijl aan te houden en heb met mezelf afgesproken dat ik me eraan houd.

Een aanrader dus

Waarom het me nu wel lukt en een paar jaar geleden niet? Dat heeft alles te maken met mijn mindset. Met hoe ik over eten en gezond gewicht denk. Ik kies er nu voor om niet meer te denken aan calorieën en ‘slecht’ eten. Om veel meer naar mijn gevoel te luisteren en ook te bedenken of ik het echt wil eten of dat ik er zin in heb, wetende dat ik daarna spijt krijg.

Heel vaak, bijna altijd, kies er dan voor om het niet te doen. Ik weet ook waarom ik het doe en heb bovendien niet het gevoel dat ik er heel veel voor moet laten. Ik zie het dus niet als een strijd maar als een nieuwe levensstijl. En dat voelt heel anders. Als anderen mij vragen of het een aanrader is, zeg ik vol overtuiging: echt wel. Ik zou het zo weer doen.