Wat is het eigenlijk toch jammer dat er zoveel vooroordelen zijn. Op alle gebied, bedoel ik. In deze blog wil ik het specifiek hebben over vooroordelen over schrijvers. Eerder schreef ik op Facebook een bericht hierover. Als je hier klikt, kun je het lezen. Vandaag ga ik er wat dieper op in.
Lees je mee?

Verontrustend bericht

Ruim een week geleden verscheen er een bericht in de krant waarin stond dat uitgevers schrijvers opriepen om geen manuscripten meer in te sturen. Vanwege corona zouden veel mensen meer tijd hebben en dus meer zijn gaan schrijven. Volgens het bericht zou het echter met de kwaliteit van deze manuscripten niet best gesteld zijn. Kortom: er wordt een hoop ‘broddelwerk’ afgeleverd.

Een collega schrijver deelde deze column op Facebook en zo kwam ik het onder ogen. Het zou gaan over een vooraanstaande Franse uitgeverij die schrijvers opriep om te stoppen met het sturen van manuscripten. Vervolgens reageerde een Nederlands literair agent hierop door hierover een column te schrijven. En van dit bericht gingen mijn nekharen overeind staan.

Je in je eer aangetast voelen

Dat het bericht me raakt, zegt natuurlijk iets over mij. Daarvan ben ik me bewust. Iets kan je namelijk pas raken, wanneer het iets met je doet. Blijkbaar deed en doet het me iets wanneer mensen zulke dingen schrijven. Wat was dan het geval? De literair agent vertelde dat er echt maar een handjevol schrijvers is dat goed werk levert. Dat het niet een kwestie is van even een leuk verhaaltje op papier zetten en dit insturen met de hoop uitgegeven te worden.

Tot zover heeft hij groot gelijk. Daarover ben ik het met hem eens. Een verhaal is niet zomaar een goed verhaal. Maar, en dan komt de maar. Wie bepaalt vervolgens of een verhaal een goed verhaal is? Is dat een literair agent die één regel van een manuscript leest om het vervolgens zuchtend aan de kant te gooien met de woorden: “Het is rotzooi!” Nee, zo gemakkelijk kom je er niet vanaf.

Zoveel mensen zoveel wensen

Het is goed en fijn dat er literair agenten zijn die het werk van (beginnende) schrijvers kunnen beoordelen en hen kunnen helpen om met dit manuscript bij een uitgever binnen te komen. Maar dat wil niet zeggen dat ze al deze manuscripten meteen moeten veroordelen en de schrijver hun kans moeten ontnemen om iets te bereiken met zijn of haar verhaal.

Een literair agent is tenslotte ook een mens met zijn of haar eigen voorkeuren. Het kan dus zomaar zo zijn dat een bepaalde manier van schrijven of een genre hem of haar niet aanstaat en dat het manuscript bij voorbaat al gedoemd is te mislukken. Ik vind dat niet helemaal fair. Het is nu eenmaal zo dat er veel schrijfstijlen zijn, maar ook veel soorten mensen die van een bepaald genre of type verhaal houden. En dat is maar goed ook.

Indie auteurs

Ik ken intussen al genoeg mensen in het schrijfwereldje die al jarenlang proberen hun manuscript aan de man te brengen. Om bij een gerenommeerde uitgever ondergebracht te worden. Die hier al jaren mee bezig zijn en teleurstelling na teleurstelling te verwerken krijgen. Dat wil echt niet zeggen dat al deze schrijvers prutwerk afleveren.

Vaak zit er dan maar één ding op en dat is om je boek zelf uit te gaan geven. Daar komt het volgende vooroordeel om de hoek kijken: die boeken zouden van slechte kwaliteit zijn, omdat ze door uitgevers meerdere keren zijn afgewezen. Wie zegt dat hun werk slecht is? Ik heb ook gelezen dat het, de vaak ondankbare, taak is van stagiaires om de stapel manuscripten te ‘lezen’ en te beoordelen. Niets ten nadele van stagiaires, maar het zou ook kunnen dat zij niet precies weten waar ze op moeten letten en misschien de mooiste ruwe diamanten weggooien.

Mijn vooroordeel

Zelf heb ik ook een vooroordeel en dat is dat het in de artiestenwereld een slangenkuil is waar iedereen alleen maar aan zichzelf denkt. Ik weet het, dat is mijn gebrek en dat geef ik meteen toe. Ik had echter nooit gedacht dat het in het schrijverswereldje precies hetzelfde zou werken. En toch begin ik te denken dat dat wel zo is.

Blijkbaar tel je pas mee en worden je manuscripten toegelaten als je verhaal literatuur is, oftewel literair geschreven is. Dan komt mijn eigenwijze ik naar boven en denkt: Mooi niet dat alleen literaire boeken succesvol kunnen zijn. Er zijn meer dan genoeg voorbeelden te vinden van schrijvers die succesvol zijn door ‘gewone’ boeken te schrijven. Verhalen die vlot leesbaar zijn en waar je jezelf helemaal in kunt verliezen. Ik houd daarvan en ik denk met mij vele anderen.

Een kwestie van doorzetten

Het is mijn missie om met mijn verhalen, die lekker vlot leesbaar zijn, mensen te vermaken. Misschien zelfs aan het denken te zetten of te inspireren. En wat mij betreft hoeft dat niet met literaire verhalen te zijn. Je kent ze wel, van die verhalen waar je niet doorheen komt omdat je iedere zin drie keer moet lezen om te begrijpen wat er staat. Bah, ik vind er niets aan.

Behalve dat mijn mening hierover dus verschilt van die van literair agenten is het ook een kwestie van doorzetten en volhouden. Niet bij de eerste de beste afwijzing of teleurstelling bij de pakken te gaan neerzitten en je kop laten hangen. Nee, trek lering uit die afwijzing, ga aan de slag met eventuele tips en wordt nog beter in je schrijven. Oefening baart kunst is het gezegde en het klopt helemaal. Je moet nu eenmaal veel (schrijf)kilometers maken, wil je jezelf verbeteren.

Het tegendeel bewijzen

Omdat ik zo geraakt werd door het bericht op Facebook ben ik nog meer vastbesloten om iets te bereiken met mijn verhalen. Om het tegendeel te bewijzen. Dat het wel kan als je verhalen niet volgens het boekje geschreven zijn. Om te laten zien dat je met toewijding en hard werken wel kunt bereiken waar je naar streeft. Of ik hierin slaag? Dat zal de toekomst uitwijzen, maar ik ga er alles aan doen om te laten zien dat iedereen een goed verhaal kan schrijven en dat er voor ieder verhaal een lezer te vinden is.

Zo, dit zat me dwars. Zo erg dat ik er tot twee keer toe over geschreven heb. En eerlijk? Het lucht ontzettend op om dit op papier te zetten. Hopelijk lees je volgende week weer mee. Tot dan!